Discipline western

Het westernrijden vindt zijn oorsprong in Amerika bij het werk van de cowboys. Zij moesten grote kuddes vee te paard bijeendrijven en begeleiden. Maar ook op de ranches werden en worden ook heden ten dage de paarden bij het dagelijks werk gebruikt. Daarvoor werd en wordt een ontspannen, werkwillig, rustig en meedenkend paard vereist. Uit dit ranchwerk is de western rijstijl ontstaan die zowel door recreatieruiters als wedstrijdruiters beoefend wordt. De vriendelijke uitstraling en mooie bouw van de westernpaarden en de ontspannen manier van rijden spreekt velen in deze drukke, hectische tijden aan.

Westernsport

De westernsport mag zich daarom in Nederland verheugen in een snel toenemende belangstelling. Dit uit zich onder andere in het grote aanbod van wedstrijden die ook druk bezocht worden door een enthousiast publiek.

Voor het goed beoefenen van de sport, op welk niveau dan ook, zijn er vele trainingsuren nodig. Het paard gehoorzaam maken op stem- en zithulpen zodat hij een snelle en juiste reactie geeft aan de lange teugel is leuk om te doen. De beloning voor het paard zit er in dat als hij een juiste reactie geeft hij de vrijheid van de teugel en de rust van de ruiter krijgt. Indien dit op consequent en voor langere tijd getraind wordt gaat een paard reageren op de hulpen die hij niet krijgt.

Wanneer je met je paard op shows wilt uitkomen (aan wedstrijden wilt deelnemen) vraag je een startnummer aan bij de WRAN, de overkoepelende organisatie voor western riding in Nederland. Je krijgt, samen met je paard, een vast startnummer toegekend. Onder dat startnummer kan de combinatie uitkomen. De klasse indeling is onderverdeeld in 5 niveaus, levels genoemd. Je begint in het level L5 en kunt via L4, L3 en L2 naar de hoogste klasse, de L1, promoveren.

Onderdelen

  • Western Pleasure
  • Western Horsemanship
  • Trail
  • Reining
  • Western Riding
  • Showmanship at Halter
  • Halter
  • Versatile horse
  • Hunter under Saddle
  • Vee onderdelen

Western Pleasure

Het paard wordt beoordeeld op kwaliteit van de gangen, houding in relatie tot de bouw van het paard. Te hoge en te lage snelheid wordt negatief beoordeeld. De paarden worden in drie gangen, walk (stap), jog (langzame draf) en lope (langzame galop) en aan een losse teugel gepresenteerd.

De jury kan achterwaarts vragen en bij het halthouden moeten de paarden rustig stil blijven staan. Een goed pleasurepaard heeft een aangename gang in overeenstemming met zijn uiterlijke verschijning. Het paard draagt zijn hoofd in een natuurlijke houding en is ontspannen maar wel attent op de lichtste hulpen van de ruiter. De combinatie moet er soepel en aangenaam uitzien.

De pleasureproef wordt met alle ruiters gelijkertijd verreden.

Western Horsemanship

Hier wordt de bekwaamheid van de ruiter, die in samenwerking met zijn paard een aantal manoeuvres uitvoert, beoordeeld. Het ideale horsemanship parcours wordt uiterst precies gereden, terwijl het paard in harmonie met de ruiter elke manoeuvre slechts met subtiele hulpen en aansporingen uitvoert. Er wordt aan iedere combinatie een individuele proef gevraagd met aansluitend een pleasure proef, het zogenaamde railwork. Maximaal 10 punten worden toegekend aan de uiterlijke verschijning van paard en ruiter en maximaal 10 punten voor het uitvoeren van de proef. De individuele proef telt voor 80% van de score en het railwork voor 20%. Het railwork dient om de jury de kans te geven de puntenwaardering aan te scherpen. De te rijden proef wordt door de jury opgesteld en minimaal 1 uur voor aanvang van de proef bekend gemaakt. De proef dient uit het hoofd gereden te worden zonder enige hulp van buitenaf.

Trail

Bij de trail worden hindernissen nagebootst die de ruiter kan tegenkomen bij het rijden in de natuur. Een brug, een hek dat open en dicht gedaan moet worden, achterwaarts, zijwaarts draaien in een kleine ruimte, het verplaatsten van een voorwerp, het aantrekken van een jas, zijn enkele van de vele hindernissen die een parcoursbouwer kan verzinnen voor een trailproef. Een trailparcours bestaat uit tenminste 6 hindernissen. Het hek, achterwaarts, rijden over tenminste 4 balken zijn verplichte onderdelen. Paarden die de hindernissen met de juiste stijl en snelheid nemen krijgen pluspunten, net als paarden die zelfstandig hun weg kunnen vinden in het parcours wanneer de hindernissen dat toelaten, maar ook bereid zijn de hulpen van de ruiter op te volgen bij moeilijkere hindernissen.

Reining

Ook wel de “dressuur” van het westernrijden genoemd. Iedere deelnemer moet de gevraagde proef apart en alleen rijden. Een paard berijden betekent niet alleen het te leiden, maar ook iedere beweging te beheersen. Het goed gereden paard moet gewillig geleid en beheerst zijn, met weinig of geen weerstand en moet volledig gehoorzaam zijn aan de ruiter.

Pluspunten kan men verdienen met een snelle, soepele, mooie en foutloze uitvoering van de manoeuvres van de proef. De gemiddelde en uitgangsscore is 70 punten. Afhankelijk van de uitvoering kan men bonus- of maluspunten scoren en voor foutne worden strafpunten (penalties) toegekend.

Western Riding

Western Riding is het presenteren van een fijngevoelig en gemakkelijk bewegend paard. Het paard wordt beoordeeld naar de kwaliteit van zijn gangen en galopwissels, naar zijn gehoorzaamheid aan de ruiter, manieren, gezindheid en intelligentie.

Er zijn 4 verplichte patterns, in elke pattern komen zo’n acht galopchangementen voor. De gemiddelde score is 70, bonus- en maluspunten worden gegeven voor de uitvoering waarbij gelet wordt op gelijk uitvoeren van de wissels met voor- en achterbenen, wissels op het voorgeschreven punt, nauwkeurig en vloeiend rijden van het parcours, gelijkmatige gang van begint tot einde, gedrag en manieren van het paard, gemakkelijk met teugel en beenhulpen te sturen paard en bouw van het paard en zijn fysieke geschiktheid voor het onderdeel.

Voor fouten in de uitvoering worden strafpunten toegekend.

Showmanship at Halter

Hierbij wordt het vermogen van de voorbrenger beoordeeld om een paard op correcte wijze aan het halster te presenteren. De jury stelt hiervoor een pattern op. Het paard dient daarbij slechts als hulpmiddel. Punten, 10 maximaal, worden gegeven voor het voorkomen van deelnemer en paard en voor de uitvoering van de gevraagde manoeuvres, ook maximaal 10. Het paard moet zich vloeiend en zonder verzet laten leiden in stoppen, opstellen, draaien, stap en draf.

Halter

In de halter klasse wordt het paard aan de hand voorgebracht aan de jury en wordt het beoordeeld op zijn bouw en geschiktheid voor het werk.

Versatile Horse

Dit onderdeel is een samenvoeging van de onderdelen trail, western riding, western pleasure en reining. Paarden worden op 1 hand met bit gereden, deze klasse is open voor paarden van 6 jaar en ouder. De verschillende onderdelen worden op zich zelf en volgens hun eigen regels beoordeeld. Daarbij wordt weer uitgegaan van een gemiddelde score van 70 punten.

Hunter under Saddle

Dit is een onderdeel dat alleen in rassenshows voorkomt. Hierbij rijdt men in een engels spring- of veelzijdigheidszadel en gaat men gekleed in de traditionele klassieke dressuur outfit. Men rijdt dus engels op een westernpaard om de veelzijdigheid van het paard te showen. De proef is ongeveer gelijk aan een pleasure proef maar het paard mag meer voorwaarts gereden worden. Het onderdeel heeft zijn oorsprong in de jacht.

Vee onderdelen

Dan zijn er nog een aantal onderdelen waarbij vee wordt gebruikt, te weten, cutting, working cowhorse en teampenning.